Sociale angststoornis
Sociale angststoornis is de meest voorkomende angststoornis en wordt ook wel sociale fobie genoemd. Hierbij bent u bang in sociale situaties. Vaak weet iemand met een sociale angststoornis wel dat de angst niet nodig is, maar de angst blijft. Een beetje sociale angst in bepaalde situaties is normaal, maar bij sociale angststoornis is de angst heel erg en wordt het dagelijks leven erdoor beïnvloed. Vaak zijn deze mensen vooral bang voor kritiek van anderen of om voor gek te staan. Dit kan ervoor zorgen dat mensen met een sociale angststoornis sociale situaties vermijden.
Er zijn twee verschillende soorten van sociale angststoornis:
- Specifieke sociale angststoornis. Hierbij bent u vooral angstig in één bepaalde sociale situatie, zoals presenteren in het openbaar.
- Gegeneraliseerde sociale angststoornis. Hierbij bent u angstig in verschillende sociale situaties.
Vaak ontstaat een sociale angststoornis in de puberteit.
Bij een sociale angststoornis bent u erg angstig in sociale situaties. U bent bang voor wat mensen over u denken. U kunt hierdoor hartkloppingen krijgen en benauwd worden. Door deze klachten kunt u nog angstiger worden. Vaak duurt een angstaanval een paar minuten tot uren en gaan de klachten snel over als de situatie voorbij is.
Doordat u snel angstig wordt in bepaalde situaties, kunt u de situaties gaan vermijden. Hierdoor kunt u zich eenzaam voelen.
Als u last heeft van een sociale angststoornis, kunt u deze adviezen opvolgen:
- Leef gezond. Doe dit door genoeg en op vaste tijden te slapen, eet gezond en op vaste tijden, vermijd het gebruik van drugs en alcohol en beweeg voldoende.
- Ontspan door gebruik te maken van ontspanningsoefeningen.
- Zoek steun bij uw vrienden of familie. Praat over uw problemen met iemand die u vertrouwt.
- Blijf de dingen doen die u altijd deed en vermijd niet de situaties die u angst geven. Zo kunt u leren omgaan met de spanning. Vaak wordt angst na een aantal minuten vanzelf minder.
Veel mensen met een sociale angststoornis vinden het fijn om hulp te krijgen. U kunt hiervoor terecht bij een GGZ praktijkondersteuner, psychotherapeut, de huisarts of een psycholoog. De specialist zal een behandeling kiezen die goed bij u past.
Als u door uw angststoornis vaak denkt aan de dood of plannen heeft om een einde te maken aan uw leven, bel dan direct de hulplijn 0900-0113 of uw huisarts.
Als u last heeft van veel angst, neem dan contact op met uw huisarts. De huisarts kan u doorverwijzen naar een specialist, zoals een GGZ praktijkondersteuner, psychotherapeut of psycholoog.
Als u medicijnen slikt tegen uw angst en de volgende klachten ervaart, neem dan contact op met uw huisarts:
- U heeft stemmingswisselingen. U bent bijvoorbeeld snel geïrriteerd, verdrietig of agressief.
- U voelt zich ziek.
- U heeft hoofdpijn.
- U heeft geen eetlust.
- U bent constant moe.
- U heeft slaapproblemen.
- U bent misselijk en moet braken en/of heeft diarree.